Overslaan en naar de inhoud gaan

Familie van bakker Lambertus Reerink

Broodtekst

Afd. 3, graf 73

Omstreeks 1750 was ene Jan Reerink schoenmaker in Lochem. Enkele drie generaties later vormden zijn afstammelingen als het ware drie takken: de leerlooiers Reerink, de bakkers Reerink en de aannemers Reerink. Op de Oude Begraafplaats hebben 66 Reerinks hun laatste rustplaats gevonden.

Grafsteen familie L Reerink

Een klein plaatje voor een graf, waar 12 personen begraven liggen. Dat is op afdeling 3 geen uitzondering. Op afdeling 3, graf 75 liggen er 13 begraven, in graf 76 liggen er 15, in 77 zijn het er zelfs 22! En er zijn er meer met een groot aantal personen op een grafplek.

Hier liggen drie generaties Reerink begraven. Destijds waren er veel Reerinks in Lochem. Er is o.a. een leerlooierstak, een aannemerstak en een bakkerstak. In dit geval gaat het om de bakkersfamilie. Vader Lambertus (Lambartus) had een broodbakkerij met winkel aan de Walderstraat op de hoek met de Blauwe Torenstraat. Zoon Gerrit nam de zaak later van hem over.

Op deze plaats liggen begraven: het echtpaar Lambertus Reerink (1787-1869) en zijn vrouw Hendrika Praastink (1789-1865), hun zoon Gerrit Reerink (1829-1889), zijn eerste vrouw Hendrika Warmelink (1834-1856) en zijn tweede vrouw Aleida Henseler (1840-1905). Een dochter van Lambertus en wel Wilhelmina Hendrika Reerink (1833-1895) en haar man Hendrikus Milius (1831-1884). Dan liggen er nog kleinzoon Lambertus Reerink (1867-1937) en zijn vrouw Lizetta Theodora Slotbeem (1863-1942). Tenslotte is er nog sprake van een Johan Reerink die in 1849 begraven is. Hij is echter in de familie niet terug te vinden.