Overslaan en naar de inhoud gaan

Het woonhuis “midden” op de Lochemse Markt

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Broodtekst

In 1743 bezocht de tekenaar Jan de Beijer Lochem en omstreken. Hij tekende onder andere buiten de stadsgrachten de kastelen Ampsen en de Cloese. In Lochem bezocht hij de Markt, die toen een stuk kleiner was dan tegenwoordig en rondom werd begrensd door huizen.

Het plein was klein en knus. Tussen het oude stadhuis (1615-1643) en het huidige pand Markt 23 (Restaurant Kawop) stond destijds een huis met links daarvoor een waterput, bestemd voor de bewoners van de Markt. Jan de Beijer schetste snel het tafereel dat hij aantrof, enkele bewoners bij de waterput werden (niet herkenbaar) vereeuwigd en het op de Markt verzamelde hout. Ook de panden aan de zuidkant van de Markt werden vastgelegd, evenals de toren van de Grote kerk met de stompe torenspits (verhoogd in 1904 ), voorzien van een groot kruis op de punt. Ook legde hij het midden op de Markt staande huis vast. Tijdens de wintermaanden, de wegen waren slecht of niet te begaan, werkte De Beijer zijn schetsen uit. Het resultaat kent bijna iedereen die dit verhaal leest. Zijn schets “Markt te Lochem. 1743” prijkt bij menig gezin in de woonkamer of men kent het van het inpakpapier bij boekhandel Lovink te Lochem.

Wanneer het huis dat midden op de Markt stond is gebouwd en door wie het toen werd bewoond, zwijgen de archieven. Het kadaster kende men toen nog niet. Dit werd tijdens de Franse overheersing ingevoerd en trad in 1832 in werking. Het had een fiscaal doel, het innen van grondbelasting (verpondingen). Op de kadasterkaart van 1830 zien we het perceel goed weergegeven. Het betreft sectie F kadasternummer 355. Het pand was toen in eigendom van Jan Willem Joosten, van beroep koopman. Het perceel had een oppervlakte van 5,80 are en bestond uit een huis, schuur en erf.

In de huisnummerlijsten van de gemeente Lochem kunnen we zien wie op een bepaald tijdstip in het huis “midden” op de Markt hebben gewoond.

Jaar Huisnummer Bewoner                      Beroep

1795 156            Mart Pasman               —

1829 216           J.W. Joosten                Koopman

1843 214           J.L.J. Marin                 Notaris

1850 257          Van de Sluys               —

1869 455         Gezusters De Visser    —

1880 565        Gezusters De Visser    —

1890 822       Gezusters De Visser    —

In het verleden veranderden de huisnummers regelmatig zoals in de lijst is weergegeven.

Op 11 juli 1892 besloot de gemeenteraad om het huis aan te kopen en het marktplein na sloop van het pand te vergroten. Het perceel bedroeg toen nog 3,70 are. In juni 1892 werd een voorlopig koopcontract getekend tussen het gemeentebestuur, vertegenwoordigd door burgemeester Tjepke Haitsma Mulier en de eigenaren van het perceel:

1. Johanna Maria de Visser, zonder beroep wonende te Lochem;
2. Agatha Suzanne Aleida de Visser, zonder beroep wonende te Deventer;
3. Willem de Visser, zonder beroep wonende te Deventer;
4. Willem de Visser, civiel ingenieur en leraar aan de ‘hoogere burgerschool’ te Deventer;
5. Aleida Maria Antonia de Visser, zonder beroep wonende te Deventer;
6. Lambertha Hermanna Abbink, weduwe van Arnold de Visser, zonder beroep en wonende te Meppel;
7. Derk de Visser, kassier en wonende te Meppel;
8. Willem de Visser, kandidaat notaris te Hillegersberg en
9. Maria Henrietta de Visser en haar echtgenoot H.L. Oort predikant te Dockum.

De Gedeputeerde Staten van Gelderland keurden het raadsbesluit voor aankoop van het huis en erf op de markt voor de som van f 6000,- op 9 augustus 1892 goed. Later dat jaar werd door het Gemeentebestuur van Lochem en de eigenaren van het perceel het uiteindelijke koopcontract getekend. Het pand werd daarna nog enkele jaren door de gemeente gebruikt. Uiteindelijk werd het in 1897 afgebroken, de vrijgekomen plek werd bestraat en de Markt was weer groter geworden. Tegenwoordig kan men de plek waar het pand heeft gestaan herkennen aan de bestrating. De gemeente heeft in het plaveisel het profiel van het pand weergegeven.