Boomkamp in Verwolde was het erve waar door de eeuwen heen de meeste marken-vergaderingen gehouden werden. Het erve was eeuwenlang in het bezit van de heer van Verwolde.
Het erve werd al in 1494 genoemd als eigendom van Derck van Keppel van Verwolde. Boomkamp werd in 1526 niet met name genoemd in de lijst met waertallen, waarschijnlijk omdat het erve hoorde bij de 21/2 waer van de heer van Verwolde. In 1631 en 1854 was Boomkamp goed voor een hele waer. In het pondschattingsregister uit 1647 werd Boomkamp getaxeerd op ruim 224 gulden, waarmee het een van de hoger aangeslagen erven was in Verwolde. Boomkamp omvatte toen 15'/2 molder bouwland (goede grond) en zes koeweiden. De taxateurs vermeldden nog wat "hegge holt".
Het erve Boomkamp kende zowel bewonerswisselingen als dubbele bewoning. Vanaf de tweede helft van de zeventiende eeuw is een familielijn te ontdekken die meerdere generaties doorliep.
De "bouwman Johan" was de oudst bekende bewoner. Hij werd in 1494 genoemd. Het oudste markenboek noemt Hendrick Boomkamp in 1538 als schutter. Albert ten Boomkamp werd in 1574 tot schutter benoemd.
De Lochemse doop- en trouwboeken vermelden tussen 1585 en 1615 meerdere bewoners van Boomkamp, sommigen zonder voornaam. Zo trouwde Swier, een zoon van Garrit Boomkamp, in 1612 met Stijntken Garrits. In 1613 lieten zij hun hun zoon Harmen dopen. In 1615 werd Warner ten Boomkamps dochter Kunnegolt gedoopt. Daarbij was Dirk van Haeften doopgetuige die een jaar later heer van Verwolde werd. Warners zoon Wilhelm trouwde in 1621 met Jenneken ten Poll uit Verwolde.
Tussen 1619 en 1623 verscheen de naam Jan ten Boomkamp drie keer in het Lochemse doopboek. Mogelijk was dit dezelfde Jan ten Boomkamp die in 1633 weigerde de eed van schutter of te leggen. In het markenboek werd hij opgevolgd door Willem ten Boomkamp die in 1648 werd genoemd bij het turf maken.
Willems dochter Henrikjen trouwde in 1666 met Gerrit Meijer, een zoon van Derck Meijer uit Verwolde. Vermoedelijk ging hij daarna door het leven als Gerrit Boomkamp. Tussen 1665 tot 1682 werden tien kinderen van Gerrit Boomkamp gedoopt in Lochem, waaronder een zoon Geert die in 1689 trouwde met Fenneken Groot Nagelvoort en vader werd van negen kinderen. De zoons Gerrit en Jan bleven na hun trouwen op Boomkamp. Gerrit die in 1711 was geboren, trouwde in 1737 met Janna Wenninks. Uit dit huwelijk zijn zes kinderen bekend.
De in 1701 geboren Jan Boomkamp trouwde in 1731 getrouwd met Mechtelt Nijhoff uit Verwolde. Drie dochters uit dit huwelijk haalden de Larense doopboeken tussen 1732 en 1738 van wie de eerste jong overleed. Dochter Jenneken trouwde in 1757 met Arent Wuestman die zich daarna Arent Boomkamp noemde. Tussen 1758 en 1770 lieten ze zes kinderen dopen in Laren. Hun in 1767 geboren zoon Jan trouwde in 1796 met Janna Eikelkamp. Het Larense doopboek uit die tijd noemt twee kinderen die in 1797 en 1798 werden gedoopt.
Zij werden in de daaropvolgende jaren op Boomkamp opgevolgd door Harmen Dijkerman uit Gorssel die in 1796 in Laren met Aaltjen Brinkman was getrouwd. De volkstelling van 1813 noemde Aaltjen en haar minderjarige zonen Gerrit Jan en Hendrik Dijkerman als bewoners.
Gerrit Jan trouwde in 1821 met Dina Bonninkhorst uit Borculo. Met haar kreeg hij vijf dochters, waarna zij vroeg overleed. Ook met zijn tweede vrouw Hendrika Hoentjen kreeg hij vijf kinderen, onder wie twee zoons, van wie Derk Jan (1830) de familielijn voortzette.