Overslaan en naar de inhoud gaan

Hendrik van Oortmarssen (1918 - 1998)

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Broodtekst

Hendrik (Hennie) van Oortmarssen (1918 – 1998), de schilder van Lochem.

Toon Klaver, leerling van Hennie van Oortmarssen

De naam Toon Klaver zal veel Lochemers bekend zijn. Hij is de man die zulke prachtige schilderijen maakt. Vroeger liep ik wel eens door de Blauwe Torenstraat om door de ruiten  links en rechts van de voordeur naar binnen te kijken, waar altijd wel wat werk van hem tegen een muur stond. Ik kon daar echt van genieten. Toon, zoon van een schilder, zou  eigenlijk zijn vader opvolgen als huisschilder. Maar hij wilde liever wat meer met de kwast doen, dan bij wijze van spreken alleen maar kozijnen in de verf zetten. Decorschilder leek  hem wel wat. En daar kwam Hennie van Oortmarssen op zijn pad. Toon beschrijft het zelf als volgt: “In Hengevelde was na de oorlog een heel bloeiende toneelvereniging en er  kwam daar een decorschilder uit Lochem. Dat was Henny van Oortmarssen. Ik wist dat die kwam, dus ik wilde daar zijn. En ik kwam met hem aan het praten, en hij zegt: "Vind je dat leuk dan? Je mag wel helpen!" Dat was eigenlijk voor het eerst dat ik dacht: "Verdomme, wat is dat toch mooi hè." En zo kwam ik voor het eerst in zo'n atelier. Daar hebben we  samen heel veel decors geschilderd en we maakten ook bioscoopreclames.”

Hennie van Oortmarssen was geen zoon van een schilder. Zijn voorvaders waren gedurende zeker vier generaties schoenmaker geweest in Lochem, zo ook zijn vader Gerrit. Maar Hennie leek dat niets. Hij wilde al van jongs af aan kunstschilder worden.

Noorderwal 3

Hennie werd aan de Noorderwal op nummer 3 in Lochem geboren. Nummer 3 behoorde bij een rij kleine huisjes in het stukje Noorderwal, dat van de Walderstraat richting de  Julianaweg loopt. De huisjes zijn in 1869 gebouwd en in 1959 weer afgebroken. Nu staan er andere huisjes, die wat verder van de weg af liggen. Vader Gerrit trouwde in 1907 met Grada Johanna Nijenhuis. Ze kregen 10 kinderen. Tussen de oudste, geboren in 1908, en de jongste, geboren in 1926, zat een leeftijdsverschil van 18 jaar. Hennie en zijn tweelingbroer Johan werden geboren op 16 maart 1918. Waarschijnlijk heeft moeder Grada in 1925 of 1926 het gezin verlaten en is naar Zutphen vertrokken. Zij nam de twee jongste kinderen mee en was op dat moment nog in verwachting van hun laatste kind, dat in oktober 1826 in Zutphen werd ingeschreven. Derkjen, een zuster van vader Gerrit, zorgde na het vertrek van de moeder met haar twee jongsten voor de rest van de kinderen. Hennie was na het vertrek van moeder de jongste van de achterblijvers en op dat moment 4 jaar oud.

Hennie als schilder

Hennie begon zijn beroepsmatig leven als schildersknecht bij Albert Lichtendahl, die een schildersbedrijf had aan de Nieuwstad. Maar uit het gesprek met zoon Ben blijkt, dat zijn vader al aan de Noorderwal achter het huis een schuurtje had, dat hij als zijn atelier gebruikte. Het is altijd zijn doel geweest om kunstschilder te worden.

Huisje Oortmarssen 1


 

huisje Oortmarssen 2
De huisjes (Noorderwal) van de familie Van Oortmarssen, met op de bovenste foto vader Gerrit in de deuropening en voor hem zijn zus Derkjen. Zij nam de zorg voor de rest kinderen op zich, nadat moeder Grada met de jongste drie weg was gegaan. Op de tweede fot nog een keer vader Gerrit met twee van zijn kinderen.

 

Maquette Oortmarssen
Een maquette die Hennie van Oortmarssen later van zijn ouderlijk huis heeft gemaakt.

Toen Hennie enkele jaren voor de oorlog een portret schilderde van Lichtendahls dochter Annie, zag deze, dat Hennie echt talent had. Toen de familie Lichtendahl niet veel later naar Den Haag verhuisde, adviseerde Lichtendahl Hennie om daar ook heen te gaan. Hij zou daar op gebied van decor- en kunstschilderwerk, meer kansen hebben. Hennie volgde de raad pas in 1941 op. Dit weten we uit aantekeningen die Dirkje van Oortmarssen1 over haar broer heeft gemaakt. Dirkje vermeldde ook, dat Hennie tussen 1940 en 1941 in de kantine van De Cloese, waar de NAD 2 gelegerd was, een levensgroot tafereel met Walt Disney figuren had geschilderd. Dat werd door de Duitsers afgekeurd: ’zu Amerikanisch’. Hij moest het weer weghalen en schilderde er de korenaren, kenteken van de NAD, voor in de plaats.

Toen Hennie in 1941 in Den Haag aankwam vond hij onderdak bij twee oudere dames. Werk vond hij bij een reclameschilder, die ook levensgrote posters maakte voor de films, die daar in de bioscopen werden gedraaid. Kortgeleden doken er drie brieven van Hennie aan zus Dirkje op. Ze zijn uit 1942. Hij verhaalt erin over zijn leven in Den Haag. Hij had het er op dat moment niet gemakkelijk. De beide hospita’s, die het goed met hem voorhadden, konden hem door de problemen met de voedselvoorziening (alles was al op de bon) alleen maar karige maaltijden voorschotelen. Vlees had hij al lange tijd niet meer gegeten. Zijn baan bij het reclameschilderbedrijf J.H. Haak was hij blijkbaar al wat langer geleden kwijtgeraakt. Mogelijk kreeg zijn baas te weinig opdrachten door de oorlogssituatie. Daarna had hij een tijdje als tegelschilder gewerkt, maar ook daar werkte hij niet meer. Hij liep in die tijd overdag maar wat in de buurt rond, omdat hij het stilzittend op zijn kamer te koud kreeg. Daar was namelijk geen brandende kachel. Verderop in 1942 meldt Hennie, dat hij toch weer bij Haak kan komen werken. Dat zal hij waarschijnlijk tot de zomer van 1943 hebben gedaan. Toen werd J.A. Haak failliet verklaard en had Hennie geen werk meer. Ondertussen had hij begin 1942 kennis gemaakt met een zekere Annie. Hij schreef aan Dirkjen dat de band met Annie ondertussen al behoorlijk sterk geworden was. Annie was echter katholiek en dat kon volgens Hennie wel eens een probleem worden. Maar hun liefde voor elkaar bleek toch sterk genoeg te zijn. Ze zijn bij elkaar gebleven. Wanneer ze getrouwd zijn, is niet duidelijk, maar eind 1944 kwam hij met vrouw en kind naar Lochem. Zij waren vanwege de honger uit Den Haag gevlucht. Dankzij Dirkje kon hij meteen te werk gesteld worden in de gaarkeuken3. Zij had daarbij de steun gehad van de heer Somer (de keukenleider) en burgemeester Van Elten. ‘Hij was dus weer thuis.”, schreef Dirkje in
haar korte verslag. Hennie staat ook op de foto, die van de hele groep vrijwilligers van de gaarkeuken gemaakt is (zie hieronder).

Tot de bevrijding heeft hij, volgens haar, niet veel meer geschilderd4. Maar toen de Canadezen er waren, versierde hij een wand van de schouwburg, die toen dienstdeed als soldatenkantine.

Vanaf 1945 heeft Hennie geleefd van de verdiensten voor het maken van decorstukken, filmposters voor de bioscopen (de opdracht kwam uit Deventer, vermeldde Dirkjen), restauratiewerk en de verkoop van zijn schilderijen. Ontelbaar veel schilderijen moet hij hebben gemaakt. Voor mijn gevoel moet er vroeger in bijna elk Lochems huis een schilderij van hem hebben gehangen. Veel werk maakte hij in opdracht. Bij ons thuis hingen er vroeger drie, waaronder één van mijn geboortehuis Blauwe Torenstraat 42 (gedateerd 1941). Bij een zuster van mijn moeder hing ook een schilderij van Hennie, waarop het huis staat afgebeeld, waar zij en haar man destijds woonden.

Gaarkeuken
Foto van het personeel van de Lochemse ‘gaarkeuken’ in juni 1945. Hennie van Oortmarssen staat aan de linkerkant in de middelste rij. Hij is redelijk gemakkelijk te herkennen aan het feit, dat hij een kleine man was (6e van links, met stropdas en glad achterovergekamd donker haar. Zijn vrouw staat rechts van hem met hun eerste zoontje op haar arm.

Op de eerste bladzijde van dit verhaal staat onder het schilderij van het oude Raadhuis aan de Markt, een schilderij afgebeeld met onder andere het café, dat destijds Café Meenderink heette en nu eetcafé Scholten. Het pand rechts van Meenderink heeft vele namen gekend: Richtershuis, Bibliotheek en veel later Raadhuis (beter gezegd Raadszaal). Maar het is ook jarenlang een woonhuis geweest en een winkel. Hennie van Oortmarssen heeft er ook een tijd gewoond. Beneden had hij zijn atelier, waar hij o.a. grote filmposters maakte voor bioscopen van o.a. Lochem, Arnhem, Zutphen en Deventer. Hij schilderde ze buiten op het stuk plein tussen zijn huis en het oude raadhuis. Deze grote doeken werden
tegen de voorgevel van de bioscopen gehangen om publiek te trekken.

Richtershuis
Een foto van het pand uit de tijd, dat Hennie van Oortmarssen er waarschijnlijk woonde. Op de rechter etalageruit staat het woord ‘schilderijen’ vermeld. Er woonde toen dus een kunstschilder in het pand. Of het hierbij om Hennie van
Oortmarssen ging, of om Toon Klaver, is niet duidelijk. Toon Klaver heeft er namelijk na Hennie van Oortmarssen zijn atelier gehad, voor hij naar de Blauwe Torenstraat verhuisde. Toevallig heeft Hennie van Oortmarssen met zijn gezin, voor hij in het pand aan de Kleine Markt ging wonen, ook in de Blauwe Torenstraat gewoond en wel in het pand links van dat van Toon Klaver.

Van de Bierstraat aan de Kleine Markt is het gezin op een gegeven ogenblik verhuisd naar de Nieuwstad, in het pand naast dat van tandarts Topzand. Voor was een kunstwinkel, waar ook souvenirs, ansichtkaarten e.d. werden verkocht. Er zijn ansichtkaarten waar op de achterkant de naam H. van Oortmarssen als producent vermeld staat. Ook maakte en verkocht hij er zelf gezaagde schuine berkenschijfjes, waarop hij toeristische afbeeldingen plakte. Achterin het pand had Hennie zijn atelier, dat veel kleiner was, dan dat van het pand in de Bierstraat.

Hennie van Oortmarssen heeft in zijn tijd in Lochem bij veel zang- en toneeluitvoeringen het decorwerk verzorgd. Daarvan getuigen de foto, het krantenartikel en het stukje tekst van Bertus Frank hieronder.

recensie
Uit: Twents Dagblad Tubantia n.a.v. de opvoering van het blijspel 'Jan Alléman' door de Lochemse toneelgroep en een balletgroep in juli 1949; decor van Hennie van Oortmarssen.
Leonora
Opvoering van het openluchtspel ‘Karel van Gelre' in het Openluchttheater in 1947, decor van Hennie van Oortmarssen.

Uit het artikel ‘95 jaar Advendo 1908 – 2003’ door Bertus Frank (Land van Lochem 2003 nr. 3):

En dan de revue. Deze kreeg de naam ‘ ’t Kwam voor elkaar’ en bestond uit twee bedrijven met ieder negen taferelen. Advendo bracht deze revue op zaterdag 6, dinsdag 9 en woensdag 10 november 1948 ter gelegenheid van haar 40-jarig bestaan in de Schouwburg te Lochem. Het ballet voor deze revue werd ingestudeerd door Dansschool H. Reerink uit Lochem. Grime en kapwerk werden verzorgd door G. Oosterlaar. H. van Oortmarssen maakte het decor, naar eigen ontwerp. De regie was geheel in handen van mevrouw Postel-Gilson. Iedere avond was er na afloop dansen, met muziek van The Modians, terwijl als speciale attractie de oude dansen begeleid werden door een Beiers Orkest. Hieruit
is later de boerenkapel De Hooiplukkers ontstaan.”

Zoals eerder aangegeven, deed Van Oortmarssen ook restauratiewerk, vooral voor de Lochemse antiquair Nijstad. Dat had o.a. tot gevolg, dat hij restauratiewerkzaamheden heeft uitgevoerd in het Kurhaus in Scheveningen, op paleis het Loo en op huize Diepenheim. In Brabant en Limburg deed hij restauratiewerk in katholieke kerken. Ook verzorgde hij een aantal jaren het decorwerk voor de passiespelen in Tegelen en in een voetbalstadion in ‘s Hertogenbosch. Indrukwekkend daarbij moet de grote rotspartij met de grot van Lourdes zijn geweest. Tijdens de werkzaamheden in het zuiden van ons land kwam hij in contact met mensen van de NTS5. Dat leidde ertoe, dat hij in 1955 op proef aan het werk ging bij de Nederlandse Televisie Stichting op de afdeling Decorbouw. Hij heeft gedurende anderhalf jaar elke week heen en weer gereisd tussen Lochem en Hilversum. Hij zag er tegenop om in vaste dienst te treden bij de NTS. Hij was altijd eigen baas geweest. Maar uiteindelijk deed men hem zo’n aantrekkelijk aanbod, dat hij toch toehapte. Het gezin verhuisde in 1956 of 1957 van Lochem naar Hilversum.

Decorafdeling NTS
Een foto van de Afdeling Decorbouw van de NTS in 1955 met Hennie van Oortmarssen als tweede van links. Op het onderschrift had men Harrie van Oortmarssen vermeld. Geen vergissing, zo werd hij namelijk in Hilversum aangesproken.

Toon Klaver zou met hem meegaan, maar dat ging niet door. Toon kreeg de baan niet, vanwege een handicap aan zijn linkeroog. “Achteraf wel goed”, meldt Toon in het boek Toon Klaver Schilder: “want hij (Hennie) is altijd decors blijven schilderen.” Zoon Ben van Oortmarssen vertelde, dat zijn vader in het begin in Hilversum nog wel eens een schilderij maakte. Maar hij kreeg het zo druk met zijn baan, dat hij daar uiteindelijk niet meer aan toekwam. Hij maakte hele dagen met het schilderen van grote decorstukken en kreeg op den duur de functie van chef van de decorafdeling. Hij had op het laatst ongeveer 20 personen onder zich staan. Al was hij chef, hij werd door iedereen aangesproken als Harrie. Toen een bezoeker hem eens vroeg – we hebben het over de jaren ’60 van de vorige eeuw – of hij het niet vervelend vond, dat zijn ondergeschikten hem met Harrie aanspraken, zou hij hebben gezegd: “Nee, hoor, zo heet ik toch niet.”

Het ziet er naar uit, dat Hennie van Oortmarssen tevreden is geweest met zijn keuze om bij de NTS te gaan werken. Maar of hij in Hilversum net zo’n bekend persoon werd als hij destijds in Lochem was, valt te betwijfelen. Maar ja, dat was ook een veel kleinere gemeenschap. Hij heeft echter ook daar amateurverenigingen geholpen, die voor een uitvoering een decor nodig hadden. In Hilversum zijn hun vier kinderen opgegroeid. Ondertussen zijn ze een behoorlijk aantal jaren geleden hun eigen weg gegaan. Gerry de oudste zoon is in 2008 met zijn vliegtuigje in Oostenrijk verongelukt. De andere drie leven nog en hebben zelf al weer kinderen en kleinkinderen, waaronder één met
schilderstalent. Zijn naam is Rembrandt Nap (zie hieronder).

Hennie overleed in 1998 in Hilversum. Zijn vrouw overleefde hem 18 jaar. In 2016 overleed ook zij in Hilversum. Pastor Bert van Wilgenburg schreef een In Memoriam voor Annie van Oortmarssen-Siemerink in Drieluik Katholiek Hilversum o.a.: “Annie en Hennie waren een eenheid. Toen hij in 1998 overleed, duurde het even, maar zij pakte de draad van haar leven weer op met het liefste wat ze deed: reizen en vliegen over de hele wereld. Dit reizen bracht ze over op haar kinderen, net als het helpen van mensen in haar huis aan de Fuchsiastraat.”

Rembrandt Nap

In het voorjaar van 2019 verscheen achterkleinzoon van Hennie, met de bijzondere roepnaam van Rembrandt, in het nieuws. Er was ter gelegenheid van het feit dat Rembrandt 350 jaar geleden was overleden, een wedstrijd voor amateurs uitgeschreven met de opdracht hun eigen Rembrandt te tekenen of te schilderen en in te sturen. De uitgekozen werken werden geëxposeerd in de tentoonstelling ‘Lang Leve Rembrandt’ in het Rijksmuseum. Van de 8500 inzenders was het werk van Rembrandt Nap één van de uitgekozenen.

De Stentor, regio Vechtdal meldde op 22 juli 2019 over hem o.a. het volgende: “Als Rembrandt Nap ’s ochtends wakker wordt gaat hij niet televisiekijken, maar pakt hij meteen zijn potlood om te tekenen. Toen hij hoorde van de tentoonstelling vanwege het Rembrandtjaar, wist de jonge Rembrandt daarom meteen dat hij een poging wilde wagen om ook in het Rijksmuseum te komen hangen.”

Wat zou zijn overgrootvader hiervan gevonden hebben?

 

Eindnoten

1 Een beetje verwarrend: Dirkje was een dochter van Gerrit van Oortmarssen. Derkje was een zuster van Gerrit van Oortmarssen.

2 Nederlandse Arbeidsdienst, zie voor info het artikel ‘De Nederlandse Arbeidsdienst op Ampsen’.

3 De zo genaamde ‘gaarkeuken’ was een centrale noodkeuken. Zij werd in 1944 door het gemeentebestuur op gang gebracht, toen het voor steeds meer Lochemse gezinnen steeds moeilijker werd om met de geringe hoeveelheid voedingsmiddelen, die nog beschikbaar waren, een behoorlijke warme maaltijd klaar te kunnen maken. Zij was gevestigd in
de vroegere slachterij Schekman aan de Tramstraat. Vrijwilligers zorgden in de koude winter van 1944-1945 voor het klaarmaken en verstrekken van honderden porties warm eten aan Lochemers, evacués, vluchtelingen en doortrekkers (mensen uit het westen van ons land, die op zoek waren naar voedsel).

4 Zoon Bennie vertelde me, dat zijn vader in de oorlog nog wel af en toe heeft geschilderd, maar dan onder een pseudoniem en wel ‘Duzack’. Hij mocht van de Duitsers niet schilderen, omdat hij geen lid was van de Kulturkammer.

5 De Nederlandse Televisie Stichting werd in 1951 opgericht. Eerst werkte men vanuit Baarn, maar later verhuisde men naar Hilversum.

Herkomst
Maatschappelijke activiteit
Plaats of kern

Reacties